De populairste zelfhulpboeken van 2022
AEX van de ziel is het resultaat van mijn onderzoek naar de samenhang tussen de ontwikkeling in de boodschap van de meest populaire zelfhulpboeken en de ontwikkelingen in de Nederlandse maatschappij. Ik heb me in het boek gericht op de periode van de Tweede Wereldoorlog tot de Coronacrisis en ben bewust geëindigd bij de zelfhulpboeken die in 2019 populair waren, omdat nog niet duidelijk is wat de invloed van de Coronacrisis op termijn gaat zijn. Maar tegelijkertijd valt er natuurlijk wel iets te zeggen over de zelfhulpboeken die sindsdien veel zijn verkocht. In 2022 stonden net als het jaar ervoor 12 zelfhulptitels in de lijst met 100 bestverkochte boeken van het jaar. En als we die onder de loep nemen, dan valt een aantal dingen op.
Ten eerste is er het aanhoudende succes van de Koreaanse schrijver Haemin Sunim. Zijn boek Dingen die je alleen ziet als je er de tijd voor neemt staat voor het zesde achtereenvolgende jaar in de top 100 van bestverkochte boeken van het jaar. Dat is geen enkel zelfhulpboek eerder gelukt. Maar dat is nog niet alles. Aan het einde van het jaar stond het boek 264 weken in de wekelijkse top 60 en dat is een record. Van geen enkel ander boek uit welk genre dan ook kan hetzelfde worden gezegd. En aan die reeks is op het moment van schrijven nog geen einde gekomen.
Onder druk
Een van de trends van 2022 is de populariteit van boeken voor mensen die zich onder druk gezet voelen. Dat is niet helemaal nieuw, want stress was al een thema vanaf de crisis van 2008. Maar inmiddels lijkt de druk zo toegenomen dat lezers massaal openstaan voor levenslessen die een oud-commando heeft opgedaan tijdens de oorlog in Afghanistan en gedurende zijn training. En nadat vorig jaar Edith Eger (zie hier wat ik over de populairste zelfhulpboeken van 2021 schreef) al succes had met de levenslessen die zij had opgedaan in de tijd dat ze in Auschwitz opgesloten zat, zijn er nu twee boeken populair die putten uit de tips van een andere holocaust overlever, Victor Frankl.
Het is verleidelijk om deze trend te linken aan de oorlog in Oekraïne en de dreiging die veel mensen daar vanuit voelen gaan. Maar in de jaren ’90 van de vorige eeuw was er ook een oorlog in Oost-Europa, en zelfs een waar we direct bij betrokken waren. Toch waren er toen geen zelfhulpboeken van militairen populair. En ook al gingen er toen beelden de wereld over van uitgemergelde Bosnische gevangenen in een concentratiekamp, er stonden geen zelfhulpboeken van overlevenden van een concentratiekamp in de bestsellerlijsten. Bovendien verscheen het boek van oud-commando Dai Carter, die bekend werd als instructeur in het televisieprogramma Kamp Van Koningsbrugge, vorig jaar al vòòr de Russische inval in Oekraïne in de bestsellerlijsten, net als het boek van Eger het jaar daarvoor.
Voor al zijn tips put Carter uit zijn militaire verleden. ‘Telkens als ik in een situatie kom waarbij ik word geconfronteerd met de gedachte of ik wel of niet nu iets moet doen, dan stel ik mezelf de vraag: wat zou ik doen als ik op missie ben’, schrijft hij als hij het over uitstelgedrag heeft. De passage over stress wordt ingeleid met een anekdote waarin hij oog in oog staat met gewapende en gespannen kindsoldaten. En hij vergelijkt het pantser van zijn kogelwerend vest met het pantser dat mensen in het dagelijks leven dragen. ‘Het pantser dat ons beschermt tegen invloeden van buitenaf maar ook het pantser dat ons weerhoudt van onze eigen potentie.’
Hoewel hij zijn lessen baseert op zijn militaire ervaringen wil Carter met zijn boek mensen juist helpen omgaan met de problemen in hun alledaagse bestaan. ‘Doordat ik hier mijn kennis en ervaring deel, stel ik jou in staat om van mijn ervaringen te leren’, schrijft hij. ‘Dit boek gaat over bouwen aan je mentale kracht en het is voor Iedereen’.
In de titel Nu of nooit weerklinkt de naam van misschien wel het bestverkochte zelfhulpboek aller tijden: Niet morgen maar nu van Wayne Dyer.[i] Maar hoewel er zeker overeenkomsten zijn tussen de boeken, zoals het idee dat je je altijd kan en zou moeten blijven ontwikkelen en het verwerpen van uitstelgedrag, zijn er voornamelijk grote verschillen.
Zoals gezegd put Carter uit zijn ervaringen in het leger. ‘Ik was trots op het militaire pak dat ik mocht dragen en de gevechtslaarzen die ik kreeg. (…) structuur, de discipline en het sportief bezig zijn spraken mij enorm aan.’ Carter realiseert zich heel goed dat dat niet voor iedereen is weggelegd. ‘Er zijn maar weinig mensen die ervoor kiezen om hun comfortzone te verlaten, om hun leven te wagen in dienst van anderen en die er vrijwillig voor kiezen mentaal en fysiek gebroken te worden, om zichzelf vervolgens weer op te bouwen. Die er bewust voor kiezen een diepere laag van zichzelf te verkennen en ervoor kiezen te leven volgens bepaalde kernwaarden. Kernwaarden als eer, trouw, trots, moed en beleid. Ervoor kiezen zichzelf te wagen in het onzekere om er vervolgens zeker van te zijn dat ze er samen altijd uit zullen komen.’ Wayne Dyer zou ervan hebben moeten gruwen. Structuur en discipline zijn voor hem juist iets waar je je aan zou moeten ontworstelen. Er zijn wat hem betreft geen regels, of wetten, die altijd zinvol zijn. Ze zijn er om jou te dienen, niet om van jou een dienaar te maken, schrijft hij.
Dat laatste is juist waar het volgens Dyer bij veel mensen misgaat. Door zich dienstbaar op te stellen leven zij in een staat van (emotionele) slavernij. Carter ziet in dienstbaarheid voor militairen, en in het verlengde daarvan voor zijn lezers, juist iets essentieels: ‘Het is de keuze om anderen te dienen die hem in staat stelt bijzondere dingen te doen en speciale missies uit te voeren.’ ‘De ware uitdaging is ‘jezelf’ wegcijferen’, houdt hij zijn lezers voor. Dyer’s boek is daarentegen één groot pleidooi om jezelf juist centraal te stellen. Psychologische onafhankelijkheid betekent volgens hem een totaal vrij zijn van alle verplichte relaties en een afwezigheid van op anderen gericht gedrag. Dat is ware vrijheid. Carter denkt heel anders over vrijheid. ‘Ik zie vrijheid in discipline en ik vind dat discipline gelijk staat aan vrijheid, omdat het mij in staat stelt te doen wat ik diep van binnen wil en voel.’
Brein
Charlotte Labee schreef een boek over wat die druk met ons brein doet en hoe daar mee om te gaan. Haar bestseller Overprikkeld brein is bedoeld voor mensen die lijden aan angststoornissen, burn-out, depressie, geheugenproblemen, vermoeidheidsproblemen, slaapproblemen en, in één adem door, Parkinson, Alzheimer en dementie. ‘In veel gevallen zijn deze aandoeningen symptomen van een overprikkeld en ontregeld brein’, aldus Labee. Als je haar 10-wekenplan volgt, dan kan je je brein weer in balans brengen, zo belooft ze aan het begin van het boek. Rust en geluk zullen je dan ten deel vallen.
Labee vist zo in dezelfde vijver als Dai Carter, maar haar oplossing ligt veel dichter bij die van Wayne Dyer. Ze schrijft: ‘Wanneer je begrijpt wat je brein nodig heeft, zul je zien dat je niets anders nodig hebt dan jezelf.’ En: ‘Wil je afhankelijk zijn van andere dingen of mensen om geluk te kunnen ervaren? Of ga je voor innerlijk geluk, dat je altijd bij je draagt en dat altijd voor je beschikbaar is?’ Waarden als dienstbaarheid en trouw spelen bij Labee geen rol. De focus is gericht op het innerlijk en ze wil de lezer leren hoe die weer prioriteit bij zichzelf leert leggen.
En hoewel ze in het boek ook schrijft over het belang van het maken van een connectie -die is zelfs cruciaal voor je geluk-, schaart ze in een voorbeeldlijstje van zaken die je energie opleveren en die je energie kosten, sociale contacten en een gezinsleven onder die laatste categorie. De praktische tips die ze verder geeft zijn dan ook vooral op de lezer zelf gericht. Denk aan dingen als mediteren, gezond eten, minderen met sociale media, alleen nog artikelen lezen die passen bij hoe jij in het leven staat of ‘het selecteren van de gedachten waar je mee verder wilt en het loslaten van de rest’. Het zijn allemaal dingen die van invloed zijn op het functioneren van je brein, waarmee je dus de werking van je brein kan beïnvloeden, aldus Labee. ‘Die verandering begint dan ook bij jou’ vindt ze. En getuige het motto voorin haar boek, kan je dan ook alles bereiken: ‘Because you are alive, everything is possible.’
Keuzes
Labee had voor haar leven als coach enige bekendheid verworven als winnaar van de Miss Universe Nederland verkiezing van 2008. Opvallend genoeg staat er dit jaar ook een boek van een andere oud-winnaar van de Miss Universe Nederland verkiezing in de lijst.[ii] De kracht van keuze is niet het eerste boek waarmee Kelly Weekers de eindejaarslijst haalt. In 2019 gold dat ook voor Happy life 365 (zie AEX van de ziel voor wat ik over dat boek schreef). Zoals de titel al aangeeft wil ze in haar nieuwe boek de lezer leren kiezen. Dat is nodig, vindt ze, want er zijn beslissingen die ‘een lange tijd buikpijn, stress en ellende veroorzaken’, terwijl ze ook de bron kunnen zijn van ons levensgeluk.
Een van de belangrijkste lessen die ze wil meegeven is je daarbij niets aan te trekken van wat anderen ergens van gaan vinden. Dat is een recept voor slechte keuzes. ‘Het is belangrijk om te kiezen voor jezelf. Ongeacht of het de goedkeuring van de rest van de wereld gaat wegdragen. Dit is jouw leven, en alleen jij weet wat het beste voor jou werkt’, voegt ze daaraan toe. En: ‘Van jezelf houden is voor jezelf keuzes maken die je gelukkiger maken.’ Wayne Dyer zou het geschreven kunnen hebben.
Een tweede belangrijk punt dat Kelly Weekers ons wil voorhouden is hoe om te gaan met de vervelende situaties die op je pad komen. Ze raadt de lezers aan om zich te realiseren dat ‘Het feit dat je er niets aan kunt doen, het niet verdiend hebt en niet wilde’, niet maakt dat het weggaat. Daarom is het niet handig om ‘een tentje op te zetten in kamp zelfmedelijden’, maar kan je beter gaan kijken hoe je zorgt dat je jezelf weer ‘in control’ voelt. Een positieve mindset kan daarbij helpen, aldus Weekers.
Ze illustreert haar verhaal met een terugblik op haar modellentijd. ‘Elke dag kreeg ik negatief commentaar op mijn uiterlijk. Dat had een enorme weerslag op me, want ik ging luisteren naar die negatieve stemmen. Ik maakte hun mening over mij heel belangrijk, het werd voor mij dé waarheid. Ik ging nadenken over dingen waar ik nooit eerder bij had stilgestaan: over hoe mijn heupen te breed waren en mijn gezicht niet symmetrisch. Ik werd onzeker.’ Na de zoveelste keer in lingerie door een man gekeurd te zijn was voor haar de maat vol.
Toen #MeToo losbarstte realiseerde ze zich wat haar allemaal was overkomen, maar ze wilde niet dat de herinnering haar in de weg zou gaan zitten. ‘Ik kan wel zeggen: Dit is mij aangedaan, maar wat schiet ik daarmee op?’ Ze neemt daarbij een voorbeeld aan Victor Frankl, die Auschwitz overleefde. Frankl schreef later: ‘Alles kan van een mens worden afgenomen, behalve één ding: de laatste van de menselijke vrijheden – om je houding te kiezen in een gegeven reeks omstandigheden, om te kiezen voor je eigen manier.’ Dat maakte indruk op Weekers. ‘Zelfs op de diepste en donkerste momenten van je leven kun je nog steeds kiezen: hoe kijk je naar die situaties en hoe reageer je? Als iemand dat in een nazikamp nog voor elkaar krijgt, vind ik dat ik geen smoes meer heb om te doen alsof ik geen keuze heb. (…) Kom gewoon in beweging en kies!’
Alle drie de genoemde boeken verschillen op belangrijke punten wezenlijk van het de laatste jaren populairste zelfhulpboek, Dingen die je alleen ziet als je er de tijd voor neemt van Haemin Sunim. Carters centrale boodschap, vanuit mentale kracht gedisciplineerd omgaan met de problemen die op je pad komen en stug doorgaan, is een andere dan die de afgelopen jaren dominant was en je ook kan aantreffen in de bestseller van Haemin Sunim. Die bepleit het leven te accepteren zoals het is en je kalm op de stroom te laten meedrijven.[iii]
Ook Labee en Weekers bepleiten geen acceptatie in die zin.[iv] Labee raadt aan om uit ‘de maatschappelijke trein’ te stappen, die ‘op ramkoers ligt met onze gezondheid. En het boek van Weekers staat bol van de ondernemingszin. Ze heeft een hoofdstuk over ambitie, waarin ze daar positief over is. ‘Mijn ouders en grootouders leerden mij onvermoeibaar te ondernemen, te genieten, te doen. Niet stilzitten, maar het leven omarmen. ‘Je moet doen, Kel, je moet doen’, schrijft ze. En: ‘Ik merkte al jong: Als je niet lui bent, dan maak dat je leven leuk. Je eigen geld verdienen geeft keuzevrijheid. Je eigen succesjes boeken geeft zelfvertrouwen, want het maakt je trots en je krijgt regelmatig een schouderklopje. (…). Talent is leuk, maar werkethiek en discipline brengen je verder.’ Die verschuiving gaat gelijk op met een andere trend in de lijst: de terugkeer van de prestatiemoraal.[v]
Presteren
Vanaf de jaren ’90 van de vorige eeuw was het nastreven van succes de centrale boodschap in de meest gelezen zelfhulpboeken. Maar sinds het uitbreken van de economische crisis van 2008 ontbrak die boodschap jarenlang in de bestsellerlijsten. Sterker nog, veel schrijvers zetten zich er expliciet tegen af. Michael Pilarczyk was een voorloper van de remonte van succes als een nastrevenswaardig doel. (zie hier en hier wat ik eerder over zijn bestsellers schreef), maar inmiddels staan er weer meerdere zelfhulpboeken in de lijst die het begrip omarmen.
Thomas Erikson staat met Omringd door idioten. Beter communiceren met collega’s, vrienden en familie in de lijst. Hij onderscheidt vier types mensen die hij aanduidt met de kleuren rood, geel, groen en blauw. In die zin lijkt het op Hoe overleef ik moeilijke mensen? van therapeut Jörg Berger, dat in 2019 in de top 100 stond. Ook hij verdeelde de mensheid onder in types, maar hanteerde een heel andere indeling. Erikson baseert zijn types op de indeling die Hippocrates zo’n vier eeuwen voor christus verzon. Rood staat daarbij voor cholerisch en geel voor sanguinisch. De groenen zijn flegmatiek en de blauwen melancholisch.
Erikson’s stelling is dat je alleen kan bereiken wat je wil bereiken als je jezelf traint zo flexibel te zijn dat je elke kleur benadert met de communicatiestijl die bij diegene het meeste oplevert. Dat betekent dat je goed moet weten hoe de verschillende kleuren mensen zich van elkaar onderscheiden. Zo omschrijft hij blauwen als ‘perfectionistische Excel fanaten’ en gelen als mensen die snappen dat ‘in zaken de relatie het allerbelangrijkste is. Als jouw klant niets voor jou voelt, wordt het moeilijker om iets te bereiken.’ Gelen zijn ook de eersten die ‘nieuwe verkoopconcepten implementeren’. En voor een rode persoon is een realistisch budget een laf budget.
‘De kennis waar ik het over heb, kan op alle mogelijke gebieden worden toegepast. Als je mensen niet begrijpt, zul je nooit je levensdoelen bereiken, welke dat ook zijn.’ Toch richt het boek zich voornamelijk op werksituaties. De meeste voorbeelden uit het boek komen uit de Sales, niet toevallig ook de achtergrond van Erikson.
In het hoofdstuk Nieuwe dingen leren geeft hij bijvoorbeeld een overzicht van wie er allemaal baat bij zouden kunnen hebben. Hij begint met: ‘werknemer met collega’s’ en vervolgt dan met ‘verkoper met klanten’, ‘projectmanager die zonder echte lijnautoriteit toch leiding geeft aan mensen’, ‘middenmanager met mensen boven en onder je in de organisatie’ en ‘zelfstandig ondernemer die eigen opdrachten binnenhaalt’. Pas daarna volgen onder meer ‘ouder met thuiswonende tieners’, ‘man met vrouw’ en ‘vrouw met man’. Voor alles geldt dezelfde aanpak. ‘Beschouw je gezin als een bedrijf’, schrijft hij dan ook.
Net als Pilarczyk en Erikson vinden ook Charlotte Labee en Kelly Weekers dat hun verhaal zowel voor mensen thuis als in het bedrijfsleven toepasbaar is. Dat deelt Weekers met de Amerikaanse self-help guru Tony Robbins, bij wie ze net als Emile Ratelband in de leer is geweest.[vi] Ze richt zich daarbij specifiek op vrouwelijke ondernemers, die de wens hebben om ‘door te groeien in klanten, focus en vrijheid’. ‘Wij kijken er naar uit om in jouw onderneming te duiken en er een succes van te maken!’
Charlotte Labee biedt een lezing Brain Balance in Business aan. Ze gaat ervan uit dat je bedrijf ‘een spiegel van jezelf’ is en wil laten zien ‘hoe je met de juiste sturingen in processen vanuit je brein een gelukkiger leven kunt koppelen aan een hoger winstresultaat.’ Dan pas kun je als ondernemer de juiste flow bereiken en je doelen succesvol najagen, aldus Labee. Daarmee staan er dit jaar voor het eerst sinds lange tijd weer vier schrijvers in de lijst die expliciet hun levenslessen zowel toepasbaar vinden in het werk als thuis. Misschien niet zo gek in een periode, waarin de grenzen tussen werk en privé zijn vervaagd door technologische ontwikkelingen, waarin mensen meer thuiswerken en het aantal zzp-ers onverminderd hoog is.
Opvoeden
Sinds 1983 worden er lijsten gepubliceerd met de bestverkochte boeken. Nooit stond er een boek over opvoeden in, tot 2020.[vii] Toen kwam Philippa Perry de lijst binnen met Het boek waarvan je wilde dat je ouders het hadden gelezen. Ook het jaar daarna stond dat boek in de eindejaarslijst en nu is het de beurt aan Help, ik heb een puber! Van Kluun. Mensen grijpen tegenwoordig sowieso sneller dan vroeger naar een zelfhulpboek om antwoorden te vinden op hun levensvragen. Maar dat boeken over opvoeden nu zo populair zijn geworden is een teken dat ook op dit vlak de druk om het goed te doen is toegenomen.
Kluun heeft zijn boek opgebouwd als een klassiek zelfhulpboek met een onderverdeling in types ouders en pubers, zoals ook Thomas Eriksen dat bijvoorbeeld doet, met grafieken met assenstelsels om die types in onder te brengen en met anekdotes van ervaringsdeskundigen. Hij noemt zijn boek ‘een survivalgids’ en wil helpen te zorgen dat ‘U en uw kind’ de puberteit overleven. De belangrijkste les om dat te bereiken is dat je moet accepteren dat de puber is zoals hij/zij is. ‘Ik voorspel u dat u na lezing van dit boek meer begrip en mededogen voor de sterspeler, uw eigen puber zult kunnen opbrengen.’ Waar Ben Tiggelaar begin deze eeuw nog succes had met de boodschap dat het goed was om een beloningssysteem op te tuigen om je kind te laten doen wat jij wilde dat hij of zij zou doen, is daar nu geen sprake van.[viii] Geen manieren om als ouder je eigen doelen na te streven, geen prestatiemoraal, maar acceptatie als centrale boodschap.[ix]
Heksen
Ook Susan Smit beschrijft in haar boek De wijsheid van de heks de druk die ze soms ervaart. ‘Ook Ik heb er last van. Ik werd me ervan bewust door mijn schouders die ik om onduidelijke redenen optrek. En de adem die ik soms niet helemaal uitblaas naar mijn buik, maar ergens halverwege vastzet. Waarom doe ik dat? (…) Het heeft te maken met maatschappelijke onveiligheid, voelde ik. Met mij schrap zetten tegen iets. Wat was het dat ik vreesde, dat op afstand gehouden moest worden? (…) Ergens vertrouw ik de buitenwereld niet.’
Ze noemt het ‘brandstapelangst’. Het is volgens haar het onbewust door generaties vrouwen overgegeven ‘restje van de traumatische vrouwelijke onderdrukking in ons onderbewustzijn’. Met haar boek wil ze opnieuw aandacht vragen voor ‘de natuurreligie’, want dat is wat hekserij voor haar is. Een heks is ‘Iemand, man of vrouw, die zich verbonden voelt met de levende wereld om zich heen, tastbaar en ontastbaar,’ zei ze daarover in een interview in Het Parool.
Het religieuze behelst een pantheïstisch wereldbeeld. Dat wil zeggen dat alles geschapen is door ‘een goddelijke intelligentie’ die zich niet boven, maar in alles bevindt. Ook mensen hebben zo ‘een goddelijke vonk’ in zich. Daarmee is alles met alle verbonden. Dit uitgangspunt heeft Susan Smit gemeen met alle New Age-zelfhulpboeken. Maar met haar nadruk op actiebereidheid voor het milieu en in het verlengde daarvan het afwijzen van consumentisme en succes-denken past ze beter bij de oorspronkelijke, uit de tegencultuur ontstane New Age boeken van Louise Hay, de latere Wayne Dyer, de familie Redfield en Eckhart Tolle, dan bij de vanaf de jaren ’90 van de vorige eeuw populaire ‘succes-variant’ van Emile Ratelband en later Char, Rhonda Byrne en nu Michael Pilarczyk. Ook haar nadruk op het accepteren van de natuurlijke loop der dingen sluit beter aan bij de eerste stroming dan bij de tweede.
Tegelijkertijd deelt ze met die laatsten wel een geloof in de Wet van de Aantrekking. En put ze net als zij uit de eind 19e en begin 20e eeuw in Amerika populaire New Thought-beweging (zie AEX van de ziel over de invloed van dat denken op de moderne New Age boeken). In The Secret van Rhonda Byrne en in de boeken van Michael Pilarczyk gebeurt dat expliciet, maar bij Susan Smit zit dat denken wat meer verborgen. Een van de belangrijkste bronnen in haar boek is De Kybalion. In dit boek uit 1908 worden ‘de oude mystieke esoterische leerstellingen uit de tijd van het Oude Egypte, Oude Griekenland en Oude India’ op een rij gezet, aldus Smit. Het boek is onder pseudoniem geschreven, maar volgens de meeste wetenschappers van de hand van William Walker Atkinson. Dat was een van de pioniers van de New Thought-beweging, die een flinke nieuwe draai aan het oude denken gaf.[x]
Van discipline en presteren tot acceptatie, van nuchtere tips hoe na te denken over je keuzes tot aansporingen om daarbij spiritueel open te staan voor hulp van ‘de goddelijke intelligentie’, de meest populaire zelfhulpboeken van het jaar verschillen nogal in de boodschap die ze uitdragen. Zo is ook in 2022 weer het diffuse beeld zichtbaar dat we al in 2021 zagen en dat kenmerkend is voor een overgangsfase in de maatschappij.
———————————–
De lijst met bestverkochte zelfhulpboeken van 2022, in volgorde van aantallen verkochte boeken:
Overprikkeld brein • Charlotte Labee
Master Your Mindset • Michael Pilarczyk
De kracht van keuze • Kelly Weekers
Nu of nooit • Dai Carter
Omringd door idioten • Thomas Erikson
Dingen die je alleen ziet als je er de tijd voor neemt • Haemin Sunim
De fontein, vind je plek • Els van Steijn
Help, ik heb een puber! • Kluun
Socrates op sneakers • Elke Wiss
Patronen doorbreken • Hannie van Genderen, Gitta Jacob & Laura Seebauer
De wijsheid van de heks • Susan Smit
Je bent zoals je denkt • Michael Pilarczyk
Drie van de zelfhulpboeken uit de eindejaarslijst komen in dit stuk niet nader aan de orde. Ze stonden alle drie al eerder in de lijst. Zie hier en hier wat ik eerder schreef over Socrates op sneakers, De Fontein en Patronen doorbreken.
[i] In het Nederlands verschenen in 1977 en tegenwoordig vele drukken verder en nog steeds verkrijgbaar.
[ii] Kelly Weekers zal wellicht niet blij zijn met deze vergelijking, aangezien ze schrijft dat ze slechts één jaar Miss Nederland was en er twaalf jaar over heeft gedaan om van dat etiket af te komen. Daarentegen schrijft ze er zelf ook over in haar boek.
[iii] Acceptatie komt ook bij Carter voor, maar dan in de zin van het accepteren van wat hij schone pijn noemt: ‘Uiteindelijk gaat het om acceptatie. Accepteer de schone pijn zodat de vuile pijn langzaam minder wordt en verdwijnt.’ Met schone pijn bedoelt hij de pijn van bijvoorbeeld een gebroken voet. Vuile pijn is dan bijvoorbeeld het verdriet over wat je daardoor de komende tijd allemaal niet kan doen. Zo kan je blijven focussen op wat je wél kan doen. ‘Optimisme is gekoppeld aan veerkracht, omdat het je in staat stelt moeilijke tijden positief te benaderen. Als je in moeilijke tijden op de grond gaat zitten en je alleen maar concentreert op de problemen zal de situatie nooit veranderen’, schrijft hij. Waarmee hij die verandering als doel omarmt. Op die manier heeft hij zelf met een gebroken voet een urenlange mars gelopen.
[iv] Van de drie komt Labee nog het dichtst in de buurt.
[v] Ook dat is weer een groot verschil tussen Carter en Dyer. Carters eerste hoofdstuk heet De wil om te winnen, en ook daarna staat het boek vol met positieve verhalen over presteren. Terwijl Dyer spreekt van ‘de prestatieziekte’. ‘De drang om te presteren is gebaseerd op drie van de meest zelfvernietigende woorden in onze cultuur. Je hebt ze gehoord en duizenden keren gebruikt: “Doe je best!’”, schrijft hij. En: ‘Niets is belangrijker dan iets anders. Het kind dat schelpen zoekt doet niet iets beters of slechters dan de president-directeur van General Motors die een voor de maatschappij verstrekkend besluit neemt. Het is anders, meer niet.’
[vi] Hoewel er over Ratelband wel enige twijfel bestaat over hoe uitgebreid hij door Robbins is onderwezen. Zie AEX van de ziel. Weekers is overigens daarnaast ook afgestudeerd psycholoog.
[vii] De boeken van Dr. Benjamin Spock en Luisteren naar kinderen van Thomas Gordon werden ook in Nederland veel verkocht, maar dat was voordat de lijsten werden bijgehouden.
[viii] In Dromen, durven, doen uit 2005, een boek dat verder niet over opvoeden gaat.
[ix] Natuurlijk zijn er ook voor Kluun dingen die je als ouder niet kan accepteren en vindt hij het goed om af en toe grenzen te stellen. Hij heeft het in dat kader over de zwarte zone: dingen als mishandeling, wapens, diefstal en dealen horen bij de zaken waartegen je als ouder wat hem betreft moet optreden.
[x] Zie bijvoorbeeld: Chapel, Nicholas E. (2013) ‘The Kybalion’s New Clothes:An Early 20th Century Text’s Dubious Association with Hermeticism’. In: Journal of the Western Mystery Tradition. No. 24, Vol. 3.